Voor het grote geld heb ik het zoveel jaar terug niet gedaan. Ik kon er toen mijn appartementje mee betalen en wanneer het geld tegen het einde van de maand op was, leefde ik wel van de liefde. Ik was jong, vrij en voelde mij nuttig. Wat de job aantrekkelijk maakte was de zorgeloze sfeer, de vrijheid en de appreciatie die je voelde van de mensen waarvoor je zorgde en die van hun netwerk.
In de afgelopen 20 jaar is het zorglandschap evenwel enorm veranderd. De tijd dat je als patchoeli-brandende idealist zonder al te veel zakelijk inzicht een zorginstelling kon besturen, ligt ver achter ons. Je bent maar beter een leider met een sterke commerciële visie wil je achter het directiebureau plaatsnemen: budgetten worden steeds krapper en de zorgsector krijgt systematisch de laatste kruimels uit de doos. Mijn directie heeft in het verleden het lef gehad om innovatief te ondernemen en op die manier extra budgetten binnen te halen. Zo baten zij op dit moment enkele succesvolle, inclusieve horecazaken uit, hebben ze een webshop die artikels vervaardigd in sociale ondernemingen verkoopt, onderhouden ze tuinen met doelgroepmedewerkers, enz. Door dit ondernemerschap kunnen zij de verliezen van de voorbije jaren nog dragen. Het nadeel van een spaarpotje is echter dat dit op een gegeven moment op raakt. Met de huidige energieprijzen voorspel ik dat er al dit jaar enkele zorginstellingen overkop zullen gaan. Hoe durven wij te beweren dat we een welvaartstaat zijn, wanneer we zelfs niet kunnen zorgen voor de zwaksten van de maatschappij? Ga jullie een eind schamen, beste beleidsmakers.
En er is meer. Enkele jaren terug is de persoonsvolgende financiering in het leven geroepen. Een maatregel die er gekomen is om zorgbehoevenden meer zelfbeschikking te geven. In de praktijk merk ik echter op dat dit eerder over een verborgen besparingsmaatregel van de overheid gaat. Er staan nog steeds enorm veel mensen op de wachtlijst voor dit budget en tegen de tijd dat ze dit ontvangen hebben, is hun zorgvraag/-nood vaak al zwaarder geworden. (Over een herziening van dit budget moet je zelfs niet dromen.) Zorginstelling krijgen op die manier niet langer zelf werkingsmiddelen gesubsidieerd, maar zijn afhankelijk van de budgetten van de mensen waar zij voor zorgen.
De reactie van de zorginstellingen op deze maatregel is het binnenhalen van steeds zwaardere profielen. Hier wordt op vele momenten zelfs voor gebikkeld. De zwaardere profielen brengen namelijk een stevige financiële rugzak mee waar je personeel mee kan tewerkstellen. De boel draaiende houden zeg maar. Ik steek pluimen op de hoed van mijn directie dat zij ondanks de problemen die er heersen toch blijven opteren voor zorg op maat. Ook al moeten zij als voorziening zelf bijpassen om de rekening te doen kloppen.
Door deze wankele financiële realiteit, halen jonge mensen die aan het begin van hun carrière staan nog amper een vast contract binnen. Een voltijdse betrekking in de eerste jaren van je carrière is een utopie geworden. Maar kan je het de directies kwalijk nemen? Wanneer ze 100 uren te verdelen hebben, verdelen ze deze het liefst over zoveel mogelijk koppen. Want zo is de bezetting van de werkvloer gegarandeerd, als ze deze mensen vinden tenminste. Mijns inziens is dit een kruitvat dat op springen staat: jonge mensen kiezen hoe langer hoe minder voor een job in de zorg en wie er toch aan begint, kiest door de intensiteit van de job heel snel voor een carrièrewending. Minder werkdruk en een beter loon, geef ze eens ongelijk. Een mooi voorbeeld hiervan is dat ik met mijn 36 lentes tot de anciens binnen onze voorziening behoor. Dit is geen uitzondering op de regel. Enkel de idealisten gaan door.
Omdat de job als begeleider op dit moment zo onaantrekkelijk is, raken vacatures niet ingevuld. Dit heeft als gevolg dat mensen op de werkvloer steeds meer overvraagd worden. Zo zit de schrik er op elke vrije dag in dat je wordt opgebeld met de vraag of je een dienst kan invullen die nog leeg is. Onhoudbaar. Het gevolg? Nog meer personeelsuitval. Ik vergelijk het graag met het personeelstekort in de scholen dat doorheen de jaren systematisch is gegroeid. Alleen hebben wij niet de mogelijkheid om tijdens de uren waarop er geen begeleider beschikbaar is, de cliënten samen in één grote zaal te zetten en aan zelfstudie te laten doen. Wij zullen en moeten doorgaan! Maar wanneer de werkdruk stijgt en vrije tijd geen garantie is, lonkt de negatieve spiraal. Ik hou mijn hart vast waar dit zal eindigen. Dat het personeelstekort ook verreikende gevolgen heeft voor onze cliënten, de mensen waar het eigenlijk allemaal om draait, daar moet ik geen tekening bij maken.
En toch horen we bijna enkel over rusthuizen spreken wanneer het in de media over problemen in de zorg gaat. Het stoot mij voor de borst dat de jeugdinstellingen en de gehandicaptensector zo vaak uit de boot vallen. Terwijl de problemen daar minstens even groot zijn. Directies van verschillende welzijns- en zorgorganisaties hebben om een overleg met de bevoegde minister gevraagd om het probleem aan te kaarten. Het antwoord was positief, maar wel pas na de septemberverklaring. Wanneer de koek alweer eens is verdeeld dus.
Daarom wil ik afsluiten met een oproep, en ik weet dat het in deze crisistijden geen evidentie is om budgetten vrij te maken, maar MAAK ONZE JOB AANTREKKELIJKER. Geef mensen opnieuw een reden om te kiezen voor een job in de zorg. Ondersteun zorginstellingen op een humane, werkbare manier. De mensen zonder krachtige stem zullen jullie o zo dankbaar zijn. Wanneer jullie deze brief tot het einde lazen, wil dit zeggen dat jullie op zijn minst begaan zijn met onze sector. Deze brief helpen verspreiden kan een kleine steen zijn die je verlegt in een kolkende rivier.
Daan Seghers